Tabula van een meubileringsstof met vrouwenbuste

Inventarisnummer: FT 144
Foto Michel Lechien, Koninklijk Museum van Mariemont
Foto Michel Lechien, Koninklijk Museum van Mariemont

In het midden is een vierkant omkaderd door een boord met stippen: elk hoekdeel heeft een andere kleur. Binnenin staat de buste van een vrouw, met het hoofd driekwart naar rechts gedraaid. Ze draagt een halssnoer met een ‘bulla’. De buitenboord is versierd met medaillons, waarin rozetten of fruitmanden te zien zijn. Het bovenste deel ervan ontbreekt. Details van het gezicht werden hersteld in moderne tijden.

Herkomst:

Egypte

Periode:

5de - 8de eeuw

Materiaal:

Linnen en wol

Afmetingen:

Ketting: 53 cm, inslag: 41 cm

Aanverwanten:

Cfr. FT 4 en FT 200.
Brooklyn Museum, inv. 41.891: reliëf met de godin Gaia zonder hoofd – zelfde halssnoer.
Het halssnoer van het personage is identiek aan het symbool van vruchtbaarheid dat de godin Gaia draagt op een bas-reliëf uit Heracleopolis Magna (5de eeuw).

Verwerving:

Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking

Bewaarplaats:

Koninklijk Museum van Mariemont

Ingeweven legwerk in linnen en wol

I. Grondweefsel

Ketting:

linnen in natuurlijke kleur, S: 16/cm

Inslag:

linnen in natuurlijke kleur, S: 8/cm

Binding:

effenbinding met kettingripseffect

II. Delen in legwerk

Ketting:

linnen, S

Inslag:

bruine, rode, oranje, blauwe, groene en okerkleurige wol, S: ± 36/cm; linnen in natuurlijke kleur, S: 30/cm

Binding:

inslagripsbinding: onregelmatige eenheden van 2 en 3 kettingdraden

Ribben per cm:

6

Naaidraad:

linnen, 2S

Speciale technieken:

legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd, vliegende draadtechniek voor de details, verticale lijn in vliegende draadtechniek met linnen S2Z; mengeffect (valse hachures): gepaarde inslagdraden: één bruine wollen en één linnen draad/scheut

Delen