De versiering bestaat uit aangebrachte stukken, afkomstig van twee verschillende banden. Op de verticale banden staan resten van rozetten in een netwerk van ruiten, gevormd door twee polychrome motiefjes. Ze onderscheiden zich duidelijk van de karmijnrode achtergrond. Een gelijkaardige versiering is te zien op de karmijnrode band onderaan. Deze uitgesneden en herbruikte band is waarschijnlijk afkomstig van hetzelfde textiel. De breedte van de banden zou kunnen wijzen op een meubileringstextiel, hoewel er een zoom aanwezig is aan de taille om een riem op te houden.
Herkomst:
Egypte
Periode:
7de - 10de eeuw
Materiaal:
Linnen en wol
Afmetingen:
H. 100 cm, L. 71 cm; oorspronkelijke afmetingen: H. 120 cm, L. (zonder mouwen): 94 cm;
afstand zoom tot plooi: 59 cm
Aanverwanten:
V&A, London, inv. 363-1887.
Verwerving:
Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking
Bewaarplaats:
Koninklijk Museum van Mariemont
Afzonderlijk geweven legwerk in linnen en wol opgenaaid op een grondweefsel
I. Grondweefsel
Ketting:
linnen in natuurlijke kleur, S: 11/cm
Inslag:
linnen in natuurlijke kleur, S: 11/cm
Binding:
effenbinding
Bijzonderheden:
inslagstrepen, elke 7cm; inslagstrepen: 3 x (3 x 2 draden/scheut)
II. Delen in legwerk
1) Band op de zoom en de zoom op de zijnaad
2) Clavi
3) Klein bandje ter afwerking van de onderarmopening (breedte: 1cm, legwerk op getwijnde kettingdraden)
Ketting:
1) linnen in natuurlijke kleur, S2Z: 12/cm
2) linnen in natuurlijke kleur, S
Inslag:
1) roze, oranje, bruine, groene en schakeringen van blauwe wol, S: 44/cm; linnen in natuurlijke kleur, S
2) rode, blauwe, groene, oranje en zwarte wol, S: 54/cm; linnen in natuurlijke kleur, S
Binding:
1) effenbinding met inslagripseffect
2) inslagripsbinding 2/2
Ribben per cm:
2) 9
Speciale technieken:
1) legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd